Op een zonnige herfstochtend, wandel ik door het Mastbos. Genietend van de heerlijke boslucht, de prachtige zonnestralen en de schitterende herfstkleuren. Het is warm voor de tijd van het jaar en sommige bomen kleuren nog vol groen.
Dan opeens zie ik een gedaante in een kleurig gewaad tussen de bomen. ”Goedemorgen” zegt ze (want ja het is een vrouw). “Ik ben de Chief” zegt ze. “Oh” zeg ik. “Dat klinkt bijzonder. Wil je er iets meer over vertellen?”. De vrouw straalt een natuurlijk gezag uit, stevig, geaard, rechtop alsof niemand om haar heen kan. Stiekem ben ik best een beetje onder de indruk. Ze begint te vertellen. “Ja hoor dat wil ik wel. Mensen in mijn dorp zien mij als de leider. En ja, dat is iets wat ik van nature in mij heb. Zonder dat ik erbij nadenk, heb ik de rol van leider, loop ik voorop, neem ik de ‘troepen’ mee. Mensen vragen mij om raad, om besluiten te nemen en om richting/koers aan te duiden. Ze vinden het fijn als ik aangeef waar we naartoe gaan. En om goede besluiten te kunnen nemen, laat ik mij adviseren door de mensen om mij heen. Wijzen die mij kunnen vertellen waar ik rekening mee moet houden, welke risico’s er zijn of wat juist hele goede ideeën. Het voelt fijn om er voor mijn dorp te zijn en ervoor te zorgen dat de mensen weten wat ze moeten doen.”
Ik ben diep onder de indruk van het verhaal van de chief en ben er letterlijk even stil van. Verzonken in mijn eigen gedachten, loop ik langzaam verder. Ik draai mij om, om nog iets te zeggen, maar kan de chief (zoals deze vrouw zichzelf noemde) nergens meer bekennen. Stiekem ben ik best een beetje jaloers op deze vrouw. Zo krachtig als zij over komt. Stevig in haar schoenen, een tikkeltje zakelijk maar toch ook met een hele warme uitstraling wanneer zij over de mensen in haar dorp spreekt.
Ondertussen vervolg ik het slingerende bospad, maar blijf na een paar meter staan. Ik voel dat er naar mij gekeken wordt. Ik kijk om mij heen en ja hoor, verderop staat een vrolijke, stuiterende en vooral kleurrijke dame. Ze draagt een grote bril, gouden schoenen en bonte, kleurrijke kleding. Ze huppelt heen en weer, vol energie. “Goh, wie ben jij?” vraag ik. “Mensen zien mij als de magiër” zegt het vrolijke figuur. “Oh” zeg ik. “En wat houdt dat in? Magiër?” vraag ik weer. “Magiër zijn is zo leuk!” roept ze vrolijk. “Ik mag overal binnenlopen, een kijkje in de keuken nemen. Horen, zien, voelen wat er gebeurt in de verschillende dorpen. Hoe mensen samenwerken, hoe ze op elkaar reageren. Welke structuren, tradities en rituelen er zijn. En…daar mag ik dan ook nog iets van vinden. Een advies geven over hoe ze dit anders kunnen doen. Vernieuwend soms, out of the box en kan hier al mijn creativiteit in kwijt. Ik word er natuurlijk helemaal vrolijk en blij van als ik zie dat mijn adviezen resultaat hebben. Dat die worden opgevolgd en dat de dorpen er daadwerkelijk succes mee bereiken. Het is zo fijn om de dorpen verder te helpen. Dat vraagt de ene keer om kleine- maar soms ook om hele grote verandering. En ja, ik ben dan regelmatig de aanstichtster van die verandering. Als magiër mag ik prikkelen, schuren, observeren, adviseren en daarnaast de leiding nemen over veranderprojecten. Het mooie is dat ik altijd beweging mag creëren en mensen vooruit mag helpen. Toekomstgericht. En dat allemaal vanuit een hele vrije rol.”
De magiër vertelt haar verhaal zo enthousiast en met zoveel energie, dat ik volledig ondersteboven ben. Jeetje wat klinkt dat mooi! Ik was al jaloers op de chief, maar van deze dame ben ik misschien nog wel meer onder de indruk. Ik voel letterlijk haar enthousiasme, vrolijkheid, kleurrijkheid en energie in mijn lijf. Wauw! Ik wil ook wel zo’n magiër zijn, bedenk ik mij. Ergens heb ik nog heel veel vragen voor de magiër. Op het moment dat ik mij opricht om die aan haar te stellen, zie ik haar echter in de verte weg huppelen. Hè, wat jammer.
Ik vervolg mijn weg door het bos. Het verhaal van zowel de chief als de magiër blijft hangen in mijn gedachten. Wat hebben beiden mooie eigenschappen. En ja, van beiden zou ik wel iets willen meenemen. Als ik er zo over nadenk, lijk ik best een beetje op de chief. Stevig, krachtig, soms zakelijk maar toch ook de warme aandacht voor de mensen om mij heen. Tegelijkertijd zie ik in mijzelf ook veel eigenschappen van de magiër. De vrijheid om te dartelen, te observeren, op zoek naar rituelen, cultuur, structuren om daar een mooie foto van te maken en uiteindelijk te mogen helpen om de gewenste verandering door te voeren. Kleurrijk, enthousiast en met veel energie.
Maar de vraag die ik mijzelf stel is of deze twee rollen samengaan. Kan ik zowel chief als magiër zijn? Of bijten die twee elkaar? Eerlijk gezegd, wil ik helemaal niet kiezen. Wil ik ze allebei zijn, de chief en de magiër. Maar dat voelt tegenstrijdig. Een innerlijke strijd die ik stiekem al een tijdje voel.
Inmiddels heb ik het eindpunt van mijn wandeling bereikt. Het is tijd om naar huis te gaan. Het antwoord op mijn dilemma heb ik nog niet. Wie weet dat een volgende wandeling mij nog meer inzichten brengt.